Interview Randy Hetrick

branche actueel I waterwet

I body•LIFE 6I2011

Hoe legionella te voorkomen?

Sinds 1 juli 2011 geldt een nieuwe drinkwaterwet. In deze nieuwe wet zijn afspraken gemaakt over de certificering van apparatuur, de reikwijdte van beheersmaatregelen en de volgorde van beheersmaatregelen. Eigenaren van collectieve leidingwaterinstallaties zoals ziekenhuizen, zorginstellingen, vakantieparken, zwembaden, penitentiaire inrichtingen, asielzoekerscentra, logiesgebouwen, passagiersschepen en tankstations met douches zijn verplicht een risico analyse uit te laten voeren, eventueel technische maatregelen te nemen, alsmede halfjaarlijks watermonsters te laten nemen.

Zorgplicht

Fitnesscentra vallen onder de zorgplicht. “Dit houdt in dat de eigenaar de verplichting heeft om te zorgen dat het ter beschikking gestelde water ‘deugdelijk’ is en geen gevaar oplevert voor de volksgezondheid. Mocht zich namelijk een incident voordoen dan zal de eigenaar moeten kunnen aantonen voldoende aandacht te hebben geschonken aan de drinkwaterkwaliteit om niet op te moeten draaien voor de opgelopen financiële c.q. lichamelijke schade (civiele procedure) en/of eventuele verdere strafrechtelijke vervolging. De eigenaar is te allen tijde eindverantwoordelijk voor de deugdelijkheid van het water dat hij ter beschikking stelt.”

Ondernemers die veel gebruik maken van water, zoals fitness- en wellnesscentra, worden aangeraden om wekelijks of maandelijks een risico-inventarisatie te doen om op deze manier legionella besmetting te voorkomen. Besmetting is alleen mogelijk als het besmette water wordt verneveld en de hele kleine waterdruppeltjes worden ingeademd. Verneveling van water vindt plaats bij gebruik van leidingwater (zoals douchen), maar ook in whirlpools, bij bepaalde bedrijfsmatige processen, bij sommige vormen van luchtbehandeling (airconditioning). Laat de drinkwaterkwaliteit dus minstens twee keer per jaar toetsen en analyseren (afhankelijk van de afmetingen van het gebouw) door een erkend laboratorium op de legionellabacterie. In de praktijk zijn er twee soorten analyses:

- De beperkte: Dit is voornamelijk een inventarisatie van tappunten. Deze analyse is genoeg als het water niet bestaat uit uiterst fijne nevel.

- De uitgebreide: Als de waterdeeltjes wel in de atmosfeer komen als uiterst fijne nevel, zoals bij een douche, dan is de uitgebreide analyse noodzakelijk.

Voorkomen

Het beste is natuurlijk een systeem aan te leggen om legionella te voorkomen. De meest voorkomende conventionele Legionella-preventiemaatregel is een thermische behandeling, gevolgd door een spoeling van het distributiesysteem. Hierbij wordt het leidingwater verhit tot 60 graden of hoger, zodat in principe afdoding van Legionella plaatsvindt. Vervolgens wordt door de spoeling het afgedood organisch materiaal afgevoerd. In de nieuwe drinkwaterwet is de volgorde van de beheersmaatregelen vereenvoudigd. Een alternatieve techniek als koper/zilverionisatie mag dan worden toegepast als thermisch en fysisch beheer op locatie redelijkerwijs niet mogelijk zijn. Uit onderzoek door KIWA blijkt dat koper/zilverionisatie een effectieve techniek is voor de bestrijding van Legionella in complexe leidingwaterinstallaties. Vraag uw installateur naar de mogelijkheden om legionella te voorkomen.

Meer informatie over legionella is te vinden op: www.legionellavraagbaak.nl

Regelmatig lees je in de kranten over legionella besmetting in een sportcentrum. Voor de ondernemer een nachtmerrie. Vaak moet niet alleen het centrum tijdelijk gesloten worden, ook dient het leidingsysteem grondig gereinigd te worden. Los nog van alle kosten en negatieve publiciteit. Dit kan voorkomen worden door regelmatig de tappunten te laten controleren door een bevoegde instantie.

40% besparen op de verlichtingskosten

Verlichting is onmisbaar in een fitnesscentrum. Niet alleen om sfeer te creëren, maar ook om de fitnessruimten te verlichten zodat de sporters veilig kunnen sporten. Maar al die verlichting kost geld. In sportcentra gaat zo’n 22% van de energie naar verlichting en dat kost dus alleen al duizenden euro’s per jaar. En daar valt, vaak zonder investering, flink op te besparen. Door slimme keuzes te maken, kan men al snel 40% besparen en dit kan wel oplopen tot 80%.

Traditionele lampen zijn niet efficiënt. Ze geven namelijk meer warmte af dan licht. Pak maar eens een gloeilamp vast die net een uur aan is geweest. Ook de warmte van een plafond vol halogeenspotjes is goed voelbaar. Moderne verlichting is energiezuinig, heeft een langere levensduur, geeft meer licht dan warmte en heeft een hoger rendement. Een spaarlamp bijvoorbeeld heeft bijna 6 keer meer rendement dan de gloeilamp. Hetzelfde geldt voor LED verlichting en moderne TL-verlichting.

Veel keus in energiezuinige verlichting

Veel mkb’ers geven aan, het moeilijk te vinden om de juiste vervanger voor de gloeilamp te kiezen. Ze zijn bang dat alternatieven als de spaarlamp, halogeenlamp en LED-verlichting veel duurder zijn en niet hetzelfde resultaat geven als de gloeilamp. Echter, dit is achterhaald. Bovendien is de gloeilamp binnenkort verleden tijd: de productie van de 75 en 100 Watt lamp en alle matte lampen is al gestaakt, de rest volgt stapsgewijs. Per 1 september 2012 mag er geen peertje meer gemaakt worden en zijn er vanaf dan nog alleen energiezuinige lampen te koop zoals spaar- en LED-lampen die tegenwoordig in alle soorten, maten en sterktes te verkrijgen zijn. Sommige merken zijn zelfs dimbaar. Het klopt dat de alternatieven duurder zijn, maar daar tegenover staat wel dat ze veel langer meegaan en veel zuiniger zijn, waarmee je uiteindelijk op verlichtingskosten kunt besparen. Een spaarlamp kost gemiddeld drie keer zoveel als een gewone gloeilamp, maar gaat zes tot tien keer zo lang mee en verbruikt slechts eenvierde van het aantal watt. Per lamp bespaar je zo €60 tot €100 over de totale levensduur. Bovendien geven ledlampen en spaarlampen veel minder warmte af, wat je kan helpen om je koellasten te beperken.

Vervangen

In principe zijn alle gloeilampen één op één te vervangen, dat wil zeggen dat de meeste alternatieven passen in de fitting van de oude gloeilamp. Omdat ze niet allemaal hetzelfde kunnen, hangt de uiteindelijke keuze af van de eisen waaraan de verlichting moet voldoen.

Naast de gloeilamp kun je ook de overige verlichting vervangen door energiezuinige lampen. Vervang de halogeenspotjes door eco-halogeen of LED-verlichting. Halogeenspotjes zijn vaak één op één vervangen, door bijvoorbeeld eco-halogeenspotjes. Deze zijn 30% zuiniger dan gewone halogeenspotjes. Je hebt ze binnen enkele maanden terugverdiend. Ook binnen de LED-verlichting komen steeds meer goede alternatieven voor halogeenspotjes. Daarmee kun je wel tot 80% besparen. Pas ook de oude TL-verlichting aan. Veel bedrijven maken nog gebruik van TL-verlichting. Deze kun je herkennen aan de starter. Het loont zeker om je T8-lamp te vervangen door een TL Bespaar Adapter, met energiezuinige T5-lampen. Handig is dat je niet de armatuur hoeft te vervangen, maar je er alleen andere TL-buizen in hoeft te draaien. Deze kosten ongeveer €30, maar als je je lampen tien uur per dag aan hebt staan, heb je ze binnen twee jaar terugverdiend. Je bespaart licht, dus geld. Behalve dat het je geld oplevert, ben je ook nog eens duurzaam bezig.

Veel informatie over energiezuinige verlichting is te vinden op:

www.energiecentrum.nl. Op deze site kun je een online verlichtingscan doen.

energiezuinige verlichting I branche actueel

body•LIFE 6I2011 I