De mens achter….Ellen Hoog

Verschenen in BodyLIFE Benelux nr2 2012
Wie ben ik?

Zo ook de onderneming waar we voor staan. Het is goed om zo af en toe je bedrijf eens serieus onder de loep te nemen. Al dan niet met behulp van een adviseur eens kritisch te kijken of je met de huidige structuur, de huidige medewerkers, de huidige inzet en bedrijfsprocessen voldoet aan de boodschap die je wilt uitstralen. Uiteindelijk is ieder goed bedoeld advies van harte welkom, maar we moeten het echt zelf doen, en daar ligt nu net het knelpunt. Het is te gemakkelijk om te constateren wat er veranderd moet worden om uiteindelijk te denken dat achteroverleunend de gestelde doelen ook worden bereikt. Is het niet slechts die onderneming die een duidelijke koers uitstippelt en deze ook blijft varen met dat ene doel voor ogen, degene die uiteindelijk als winnaar uit de bus komt?

Net zoals de gedane Nieuwjaarsbeloftes eind januari meestal in de prullenbak zijn verdwenen, worden ook de goede voornemens om je bedrijf aan te pakken snel aan de kant geschoven en sluipen oude gewoontes weer in het bedrijfsproces. Daar waar onze sportende klanten fanatiek aan een opknapbeurt beginnen en vaak na een paar weken in oude gewoontes vervallen en afhaken, lopen wij als ondernemer in dezelfde valkuil. Het valt niet mee om zaken structureel aan te pakken, want ook de ondernemer is maar een mens.

Toch is het o zo noodzakelijk, en zeker in tijden van crisis waarbij de ‘low-budgets’ als paddenstoelen uit de grond verrijzen, kritisch naar eigen inzet en functioneren te kijken, wil je in deze moeilijke tijden overwinningen kunnen vieren.

Toch blijf ik erbij dat juist wij, de fitnessondernemer, alle kansen hebben om succesvolle clubs te kunnen exploiteren. Gezondheid en beweging worden in één adem genoemd. Dagelijks worden wij met deze feiten geconfronteerd. Bewegen, bewegen en nog eens bewegen. Maar bewegen is toch datgene waar het in onze business om draait, toch? Neem je klant bij de hand. Luister naar de doelen die hij wil bereiken. Adviseer hem hoe deze doelen te behalen maar vooral, begeleid hem om deze doelen te bereiken. Wees geïnteresseerd en prijs hem waar je kunt. Ik ben ervan overtuigd dat je dan de juiste toon gevonden hebt om klanten blijvend aan je te binden waarbij ‘budget’, al dan niet in crisistijd, van ondergeschikt belang zal zijn.

Staan we niet allemaal zo af en toe eens voor de spiegel waarbij we ons afvragen wie we zijn, waar we mee bezig zijn, of we gelukkig zijn, of we wel het leven genieten zoals we graag willen. Halen we genoeg rendement uit ons bestaan, is de gekozen partner wel de juiste keuze, willen we de ingeslopen gewoontes handhaven dan wel veranderen en zijn we bij machte deze veranderingen door te zetten om uiteindelijk een bestaan te creëren waar we ons blij en gelukkig bij voelen?

Column Marie Anne van Laak I producten en concepten

Marie Anne van Laak

Delcom

body•LIFE 2I2012 I

I body•LIFE 2I2012

Zichtbaar beter…

Als je een regulier sportcentrum hebt, dan is dat positioneren ten opzichte van de prijsvechters niet gemakkelijk en wellicht kan het advies van Anja Bruinsma een boeiend perspectief bieden.

Voor wie?

De vraag die gesteld werd is, voor wie ben je er eigenlijk?

• Ben je er voor de gezonde sporter die gewoon lekker leuk deel komt nemen aan fitness en groepsactiviteiten?

• Ben je er voor de mensen die komen om hun gezondheid te bevorderen, prestatie willen verbeteren en resultaat willen bereiken? Dat vergt al een hogere kwaliteit van aanpak, programma’s, informatie en expertise.

• Of ben je er voor mensen met een chronische aandoening, wat al meer dan een kwart van de bevolking is en sterk groeiende. Dat vergt een gevalideerde aanpak, nog hogere expertise, samenwerking met experts, kortom, nog meer kwaliteit.

Als je nog niet weet wat je precies wil, dan gaat het lastig worden de komende jaren, want je collegae maken wel duidelijke keuzes.

Veiligheid waarborgen

“Jullie hebben als branche niet een al te goeie reputatie in de zorgsector”, aldus Bruinsma. “Er worden bijvoorbeeld wel gezondheidanalyses gedaan, echter met de uitkomst wordt in de regel onvoldoende gedaan.”

Bruinsma adviseert om collectieve afspraken te maken over wanneer door te verwijzen en wanneer niet, een vaste structuur dus bij de intake. “In samenwerking met Fit!vak wordt er in een expertgroep gewerkt aan een uniforme intake die hier hulp bij moet gaan bieden. Als elke club een zelfde veiligheidanalyse doet bij de start, waardoor de veilige instap in fitness gewaarborgd kan worden, dan kan het vertrouwen vanuit de zorgsector in onze branche groeien en is de stap naar structurele samenwerking dichter bij.”

Moet eerst eigen kwaliteit op orde zijn

We moeten leveren wat we beloven en dat ook kwalitatief zien te borgen, dat was een belangrijke boodschap van Bruinsma. En dan niet alleen individueel, want veel centra hebben al een prima kwaliteit, het gaat juist om het collectief waar de slagen mee te halen zijn en waar behoefte aan is. Partijen als grote bedrijven en zorgverzekeraars willen met één loket spreken en niet met allemaal individuele bedrijven afspraken moeten maken. Er moet volgens Bruinsma ook meer duidelijkheid komen over de aard van de kwaliteit. Voor de buitenwacht moet er geen twijfel zijn en goed vertrouwen dat mensen bij kwaliteitcentra veilig en effectief geholpen, begeleid en geadviseerd worden door specialisten.

Wie zit in de keten?

Een belangrijke schakel is het aanbieden van gecombineerde leefstijlinterventies, ofwel een multidisciplinaire oplossing voor specifieke doelgroepen. Samenwerking met de fysiotherapeut, diëtist, psycholoog, huisarts en leefstijl-adviseur is dus cruciaal en leidt ook tot betere oplossingen en resultaten. Als de fitnessbranche de expertise optimaliseert en de kwaliteit doet toenemen, dan wil de keten ook inhaken en kan er een aantoonbare keten en brug van curatie en preventie ontstaan.

Aanbevelingen

Hoewel veel centra hun zaakjes prima op orde hebben, is er noodzaak aan een onafhankelijke toetsing van de kwaliteit voor de fitnessbranche. Hierin is het niet alleen belangrijk dat het team de expertise heeft, ook het product, bijvoorbeeld een doelgroepprogramma, moet een duidelijke en kwalitatieve structuur hebben en ook de organisatie zal aan moeten kunnen tonen dat de structuren van de programma’s in de organisatie verankerd liggen. Meer en vooral zichtbare structuur en kwaliteit is dus een sleutel naar een eventuele aansluiting op de zorgsector.

“De beroepsgroep fitnessinstructeurs zal zich door moeten ontwikkelen naar een expertstatus”, aldus Bruinsma. “(pre)Diabetes is al in ontwikkeling, de trainer binnen de sportcentra kan echter een volwaardig preventiecoach worden met expertise op de meeste chronische aandoeningen en doelgroepen. Als de begeleiders binnen de fitnesscentra een erkende status hebben op de verschillende thema’s, dan wordt het sportcentrum vanzelf de logische schakel in de lijn van gezondheidbevordering en zelfs revalidatie. Momenteel vallen mensen namelijk na behandeling vaak helemaal terug op zichzelf. Als de preventie- en leefstijlcoach het dan over kan nemen dan is de kans op terugval vele malen kleiner.”

Anja Bruinsma is positief over de kansen voor de fitnessbranche en de ingeslagen weg van Fit!vak. “De richtlijnen (pre)diabetes en overgewicht zijn klaar, er is een uniforme intake ontwikkeld, er is een 4+ examen, het preventiecentrum toetscriterium is zo goed als klaar en een flink netwerk is in ontwikkeling om preventiecentrum te worden. Alle ingrediënten zijn aanwezig om een flinke en belangrijke stap te nemen. Uniek voor de Nederlandse fitnessmarkt en wellicht internationaal uniek.”

Anja Bruinsma, directeur Sportgeneeskunde Nederland, presenteerde op de laatste Fit!vak vergadering een persoonlijke visie over de rol van de fitnessbranche in de keten van gezondheidbevordering en zorg. In deze tijd van crisis en overaanbod wordt het steeds belangrijker voor sportcentra om kwaliteit te bieden, goed te positioneren en bestaande klanten vast te houden.

Edities