Fitness.be: Waarom we beter niet spreken over antidoping

Verschenen in Bodylife nummer 7 2019



Iedere gebruiker van kracht- en uiterlijk stimulerende middelen is er sowieso één te veel. Als fitnesssector, waar behoud en verbetering van de gezondheid wordt vooropgesteld, proberen we daar via sensibilisering iets aan te doen. Let wel, in tegenstelling tot de sportsector, richten we ons op meer dan prestatie bevorderende middelen.


Niet de WADA-lijst, maar het gebruik van alle KUS-middelen (Kracht en Uiterlijk Stimulerende middelen) proberen we te ontraden. Omdat niet oneerlijke concurrentie, maar gezondheid voorop staat. Nochtans worden in Vlaanderen in fitnessclubs op regelmatige basis controles uitgevoerd door NADO, het antidopingagentschap. Controles op het gebruik van ‘prestatie’ bevorderende middelen. Je kan je afvragen waarom?

NADO Vlaanderen werkt volgens de richtlijnen van het antidopingdecreet. Niettegenstaande fitness bij de invulling van het decreet op de georganiseerde sportsector wordt uitgesloten, beschouwt men fitness binnen het antidopingdecreet wel als georganiseerde sport. Op die manier legitimeert men controles in fitnessclubs.

Speelt gezondheid een rol?
Wanneer controles plaatsvinden in fitnessclubs om te ontraden en de ongezonde gevolgen daarvan te bekrachtigen dan juichen wij dit toe. Wanneer dit effectief de achterliggende reden is, zou men verwachten dat diezelfde controlerende overheid alle steun zou verlenen voor de sensibilisatiecampagnes van de fitnesssector. Dit is echter niet zo. Een voorbeeld: De Vlaamse Gemeenschap betaalt 82 topsporters. Wanneer Fitness.be via de sportadministratie een oproep doet om haar KUSm-campagne (www.lievereenkusje.be) te onderschrijven beantwoordt geen enkele topsporter deze oproep. Bedenkelijk.

Als de gezondheid van fitnessbeoefenaars een rol speelt, waarom beperkt men zich bij controles tot prestatie bevorderende middelen welke op de WADA lijst staan? Is een overvloed aan suikers, vet, alcohol niet even funest?

Als men in het kader van gezondheidszorg alles in het juiste perspectief wil plaatsen, waarom kijkt men dan niet naar alle drugs? Een recent Australisch onderzoek toont dat PIEDS (Performance & Image Enhancing Drugs) veel minder schade toebrengt aan gebruikers en hun omgeving dan andere drugs. PIEDS is dan nog de verzamelnaam van zowel steroïden, groeihormoon, EPO, Ephidrine, enz.

Als men eerlijk kijkt naar wat ‘ongezond’ is, dan zijn er bij recreatieve beoefenaars toch wel andere prioriteiten. Een korte opsomming:

  •  Voeding in het algemeen
  • 64% van de Belgen neemt deel aan kansspelen. 368.671 van hen zijn actief op legale gokwebsites. 467.081 Belgen zijn risicovolle of problematische gokkers. En wie is de belangrijkste sponsor in de sport?
  • Goksites
  • 540.315 Belgen hebben een alcoholprobleem. Hoe heet de Belgische voetbalcompetitie: de Jupiler Pro League
  • 14% van de Vlaamse bevolking tussen 15 en 64 jaar zou experimenteren met cannabis. 30.000 Vlamingen gebruikten afgelopen jaar cocaïne, 22.500 opiaten en 30.000 xtc of amfetamines.
  • En dan hebben we het nog niet gehad over het gebruik van medicijnen: Bijna één miljoen Vlamingen van vijftien jaar en ouder zou voorafgaand aan een bevraging in 2013 een psychoactief geneesmiddel hebben gebruikt (slaap- of kalmeringsmiddelen, antidepressiva). Bij hoeveel dit problematisch is, weet men niet want tja… het is op voorschrift. Hoeveel pijnstillers gebruiken sporters?


Liever aandacht op fitness dan op sport
Zou het kunnen dat controles in fitnessclubs geen preventie als doel hebben? Geen bescherming van de gezondheid? Geen belang van beoefenaars? Zou het kunnen dat men enkel de aandacht wil verschuiven naar fitness? Weg van de sport en wat daar verkeerd gaat of kan gaan?

In dit verband verwijs ik naar een conclusie van schrijver Bert Wagendorp:

‘Sport wordt steeds meer bedrijfsmatig bestuurd. Grote voetbalclubs worden gekocht door investeerders ipv voetballiefhebbers.

Negatieve publiciteit door vals spel zoals doping, matchfixing, corruptie zijn schadelijk voor de marktwaarde. Alle stakeholders hebben er belang bij. Sponsors, tv-zenders, clubeigenaars, organisatoren. Ze hebben, net als de topatleten baat bij een clean imago. In hoofdzaak is dit niet voor morele redenen, maar terug om financiële belangen. Wat doet men om het schaderisico te beperken? Controle van binnenuit. Amerikaans profbasketbal, het professionele tennis, het zijn mooie voorbeelden van interne regeling. Meestal betekent dit weinig en lakse controle : men wil geen sporters op doping betrappen. Dit is niet goed voor het imago… vooral het commerciële imago.

In dit verband noemt Ben Wagendorp wielrennen een ‘domme sport’. Wielrennen controleert meer en beter op doping. Betrapt veel meer atleten, maar dit zorgt paradoxaal niet voor een verbetering van het imago, maar voor een verslechtering. Sponsors die afhaken.

De slimme sportwereld wil zijn iconen behoeden voor een besmeurd imago. Niet vanwege de moraal, maar vanwege de eisen van de vrije markt.

Multinationals willen hun grootste merken (Bolt, Federer, Messi, Lebron,…) niet beschadigen zoals het wielrennen deed met Armstrong. Ze willen sportorganisaties met een strak en gecontroleerd pr-beleid en interne controlesystemen tegen doping en matchfixing waarvan de uitslagen nooit naar buiten komen.’

Zou het kunnen dat men daarom de aandacht verschuift naar fitness?

Anders aanpakken
Wij werken samen met onze klanten aan hun gezondheid, maar de overheid en haar administratie hebben dit nog steeds zo niet gezien. Of ze willen het zo niet zien omdat gerichte controles bij fitnessbeoefenaars de cijfers opsmukken en de aandacht weghalen van sport.

Waarom is fitness de enige sporttak waar men recreanten buiten competitie controleert? Waarom controleert men geen wielertoeristen, gevechtssporters, enz.?

Als publicatie van controles resulteren in stigmatisering, dan klopt er iets niet. Dit is nu het geval. We kunnen ons daartegen blijven verzetten, maar dit heeft weinig zin. We kunnen wel zelf kiezen voor een andere aanpak.

Niet meer spreken over doping, maar over Kracht- en Uiterlijke Stimulerende middelen. Geen antidopingcharter, maar een gezondheidscharter. Niet verbaliseren, maar sensibiliseren, zelfs buiten de muren van onze clubs. Tonen dat gezondheid voor ons prioritair is. Valsspelen controleren en verbaliseren is misschien ingeburgerd in de sport, maar niet bij ons. Niks is eerlijker dan een individu die verantwoordelijkheid neemt voor zijn eigen functioneren en zijn eigen gezondheid. En een prachtige sector die hem of haar daarbij helpt… de onze.

Hou je fit,
Eric

Edities