1 jaar geleden

Zet de farmalobby ons buitenspel?

Eric Vandenabeele
Directeur Fitness.be
1 jaar geleden
Onze professionals weten het al lang. Fit zijn en een gezonde leefstijl zorgen voor meer weerbaarheid, immuniteit, fysiek en mentaal welzijn.  Ze zijn essentiële wapens voor een betere gezondheid en kwaliteitsvol leven. Corona heeft dit ontegensprekelijk uitvergroot en toch blijft onze sector als voortrekker in deze problematiek in het verdomhoekje zitten.  Een ontnuchterende kijk op de invloed van de farmaceutische industrie en hun systematische en bevoorrechte toegang tot het besluitvormingsproces leert ons hoe dit komt.

Wetgevers worden binnen ons democratisch stelsel gekozen door het volk.  Particratie en de aanstelling van verschillende niet-verkozen ministers zorgen dikwijls voor ergernis, maar in principe kiezen we zelf voor onze leiders. Deze hebben echter de wijsheid niet in pacht.  Ze laten zich omringen door competente kabinetsmedewerkers en berusten hun beleid voor een groot deel op wetenschappelijke opinie. Correcte wetenschap stelt zichzelf echter constant in vraag.  Hun opinie betekent dus niet dat deze sowieso juist is. Het betekent enkel dat de geconsulteerde specialisten tot een zekere consensus kwamen.  Consensus is echter niet de basis van wetenschap.  These en antithese moeten de basis blijven van wetenschappelijk advies. Niet het dogmatisch opdringen van bepaalde visies.  Als de wetenschappelijke opinie gestuurd is door economische belangen hebben we een probleem en is ze niet langer een betrouwbare solide basis voor beleidskeuzes. Een kijk op de werking van de farmalobby geeft ons meer inzicht, maar is ook onrustwekkend.

Geneeskunde werd studie van medicijnen
‘Follow the money’: De huidige, klassieke of ‘normale’ geneeskunde is geworden wat ze is onder invloed van jawel… de olie-industrie. De meeste medicijnen vinden hun basis in fossiele brandstof.  Oliebaronnen hadden van in het begin een neus voor geld. Ze zagen dan ook gigantische opportuniteiten in de aanmaak en verkoop van medicijnen. Het is onder invloed van door hen gesubsidieerde rapporten (Flexnerrapport) dat de studie van de geneeskunde is geëvolueerd naar de studie van medicijnen. De farmacie als basis van allopathische opleiding. Ziektes behandelt men in hoofdzaak met een tegengesteld geneesmiddel dat gebruikt wordt om symptomen te onderdrukken of tegen te werken. Denk maar aan het bestrijden van ontstekingen door gebruik van ontstekingsremmers. Stellen dat artsen enkel diagnoses stellen om daarna enkel medicijnen voor te schrijven is uiteraard heel kort door de bocht, maar het is wel het beeld dat de meeste mensen hebben.

Het is zeker zo dat de zowel artsen als patiënten enorm afhankelijk zijn geworden van de info en de gegevens welke ze krijgen van autoritaire bronnen.  Dat via lobby hier misbruik wordt van gemaakt is evident. De farmaceutische industrie investeert niet voor niks meer geld in reclame en marketing dan in onderzoek. Toen in Europa reclame voor medicijnen verboden werd maakte de industrie reclame voor ziekten om mensen naar de dokter te lokken en vervolgens medicijnen op voorschrift te krijgen. Denk maar aan de evolutie en communicatie omtrent burn-out en depressie. Vanuit het commerciële gezichtspunt van de farmaceutische industrie zijn er, heel cru en klinisch gezien, twee bedreigingen voor de markt: gezonde en dode mensen. De enige interessante markt voor de farmaceutische industrie bestaat uit chronisch zieke mensen. Vanuit dit perspectief is onze sector een bedreiging voor de farma-industrie.  

De machtige farmalobby
Voor de farmaceutische industrie lopen er in het Europees parlement ongeveer 290 lobbyisten rond met een budget van meer dan 36 miljoen. Momenteel willen ze o.a. vermijden dat het covid-vaccin uit handen van ‘Big Pharma’ wordt gehaald en patenten worden opgeheven. 

In 2015 spendeerden de grootste lobby-consultancy-organisaties welke werken voor de farma-industrie, bijna 40 miljoen aan lobby. Dit is dan enkel het bedrag dat werd doorgegeven aan het Europees Transparantie Register (ETR). Als we weten dat in dezelfde periode alle maatschappelijke en consumentenorganisaties samen 2.7 miljoen spendeerden, dan zegt dit genoeg. De farma-industrie had in 2015 176,5 voltijdse lobbyisten beschikbaar en 133 toegangspassen voor het parlement. Farmaceutische bedrijven hadden meer dan 50 besloten bijeenkomsten met EU-commissie afdelingen die direct betrokken waren met het EU-beleid.

Ook bondgenoten varen er wel bij
De farma-industrie zoekt continu naar bondgenoten welke passen in hun beleid en strategie. Ook zij komen in hun big money carrousel. Patiëntenverenigingen kregen in België samen in vier jaar tijd 70 miljoen aan financiering van de farma firma’s en fabrikanten van medische hulpmiddelen.   

Tussen 2017 en 2020 spendeerden farma- en medische bedrijven liefst 875 miljoen euro aan spelers uit de Belgische zorgsector. 31.754 begunstigden in de zorg kregen geld. 520 miljoen bestemd voor wetenschappelijk onderzoek. Een groot deel van de middelen gaat naar sponsoring en evenementen. België is in Europa koploper in klinische studies.  Dat zorginstellingen en universiteiten geld ontvangen staat in het Transparantie Register. Hoe het geld wordt besteed en wie ontvangt echter niet. Dat beschouwen de farma-bedrijven als bedrijfsgeheimen. Volgens De Tijd gaat het meeste geld naar KU Leuven. 70 leerstoelen aan de KU Leuven zijn verbonden aan de faculteit geneeskunde met schenkers als Roche, Astra Zenica, Janssen en Pfizer. 

Ook de patiëntenverenigingen gebruiken de toegestopte middelen om de EU-instellingen te beïnvloeden. Samen heeft ook hier de top-11 58 lobbyisten in dienst. 

De top 5 van de patiëntenvereniging krijgen telkens tussen één en vijf miljoen. Allemaal leggen ze bijna hoofdzakelijk de focus op één ziekte zoals aids, astma, allergie, diabetes, hoofdpijn kanker, leveraandoening. Bij allen ligt de focus op de bestrijding van deze aandoening. Soms werken ze samen met organisaties welke de focus op preventie leggen. Jammer genoeg is dit meestal vanuit promotionele marketing overwegingen. 

We kunnen en mogen niet zeggen dat de patiëntenverenigingen voor de kar worden gespannen van de farma-industrie. We zien wel dat ze veel geld krijgen en deze middelen inzetten voor lobby. Verenigingen welke vooral ‘preventief’ denken krijgen dit niet.

Geen geld om inactiviteit te bestrijden
De hele farma-industrie, de medische wereld, de zorgsector en de patiëntenverenigingen leggen de focus op de bestrijding van ziekte via medicatie.  Preventie vertaalt zich, niet zonder risico, in vaccins. Inactiviteit is mogelijks de grootste bedreiging voor de gezondheidszorg. En toch gaan er weinig of geen middelen naar sectoren die van activering van de bevolking hun core business hebben gemaakt. Zij beschikken niet over de gigantische middelen en lobby van de farma-industrie. Alleen de klassieke sportsector kan nog op steun rekenen. Hier spelen echter hoofdzakelijke nationalistische en competitieve belangen in plaats van preventieve gezondheid. 
Alle goede bedoelingen ten spijt hebben alle nationale en internationale fitness vakverenigingen niet de middelen en macht om de wetgevers en het beleid te beïnvloeden en dit om te keren. Er is een veel te sterke speler die schatten verdient aan chronisch zieke mensen. Wie niet ziet dat al hun lobbywerk resulteert in beïnvloeding en marketing is blind. Marketing voor medicijnen welke uiteindelijk gefinancierd worden in de prijs van de ziekteverzekering.

We kunnen alleen maar hopen op beleidsmensen welke boven deze beïnvloeding staan. Dat we hen leren kennen en dat we hen de nodige steun kunnen geven om mee ons toekomstig beleid te bepalen. Dromen?

Hou je fit,
Eric

Dit artikel is een ingezonden bericht en valt buiten de verantwoordelijkheid van de redactie.

Auteur

Eric Vandenabeele

Bedrijf

Fitness.be

Laatste artikelen van dit bedrijf